“Een goed onderhouden huis, ideaal voor gezinnen”. Met zo’n soort openingszinnetje hopen we de kijkers naar ons huis te lokken. Maar is dat huis wel echt zo goed onderhouden als we willen?
Wie ooit zijn huis te koop heeft gezet, herkent misschien mijn ervaringen. Wat ziet je huis er opeens anders uit, als je het door de bril van potentiële kopers bekijkt! In sommige opzichten positief (wauw, wat hebben we toch een fijn huis), maar in andere opzichten negatief. Was dit huis altijd al zo’n smerige bende?
Oh ja, wie mij en beetje kent, weet dat het altijd al zo’n smerige bende was. Ik heb al vaak genoeg geblogd over mijn beperkte huishoudkwaliteiten. Toen we vorige zomer huizenruildeden, heb ik allerlei klusjes gedaan die ik nog nooit eerder had gedaan. Maar mijn huis foto-klaar maken, is echt weer een héél andere tak van sport.
Zo heb ik eindelijk naald en draad gepakt en de zoom hersteld van 2 gordijnen. Die gordijnen sleepten al jaren over de grond en waren er niet schoner op geworden. Sowieso zullen ze in een volgend huis niet opnieuw worden gebruikt. Maar nu, voor de foto, moeten ze er toch netjes bij hangen.
Ook de plintjes moeten er aan geloven. We hebben 11 jaar geleden best voortvarend alle plintjes gelegd, maar in de loop van de tijd zijn overal kleine plintjes weer los geraakt. Sommige schuif ik trouw elke zuigbeurt op hun plek, andere zijn al lang en breed in de stofzuiger verdwenen. In het dagelijks leven boeit dat niet, maar nu? Nu moet alles kloppen!
Wat me -kijkend door de kopers-bril- nog het meest verbaast, is hoe afgrijselijk smerig onze muren zijn. Overal, maar dan ook overal zie ik zwarte vingers, vetvlekken en stiftstrepen. Om nog maar te zwijgen over de donkergrijze streep net boven alle al-dan-niet-loszittende-plinten, die verraadt dat ik de stofzuiger tóch nog te vaak heb gebruikt in al die jaren.
Ik twijfel wat ik zal doen. Van de lichtste kleur op de muren heb ik nog een restje verf. Zou het werken om de vlekjes lokaal weg te werken? Want hele muren opnieuw sausen, puur voor de verkoop, dat gaat me toch echt te ver. Voorzichtig probeer ik wat plekjes in de hal en het resultaat is verbluffend. Dit had ik veel eerder moeten doen! (maar ja, toen zag ik nog niet hoe smerig het hier was…)
Met veel plezier en toewijding neem ik alle lichte muren onder handen. Het kost een paar uurtjes, maar het huis ziet er uit als nieuw. De muren met een iets donkerdere tint moet ik helaas laten voor wat het is, omdat ik die verf niet meer heb. Gelukkig zitten die muren op minder opvallende plekken. De muur bij de trap zou eigenlijk ook bijgewerkt moeten worden, maar de donkergroen-blauwe tint die we daar 11 jaar geleden kozen, heb ik ook niet meer bewaard. De lichtblauw-groene tint op de keukenmuur daarentegen is nog maar een paar jaar oud. Bij het opruimen van de berging heb ik dat potje nog wél zien staan.
Het is ’s avonds kwart voor 10. Morgen om 9 uur komt de fotograaf. Ik zit uitgeteld op het aanrecht, terwijl Timon het laatste deel van de vloer voor zijn rekening neemt met de dweil. Tevreden pak ik de to-do-list er bij. We zijn er klaar voor. De spiegels zijn schoon. De keukenkastjes zijn afgenomen. De ramen zijn gelapt. De patio is geveegd. De kapstok is leeg. Het onkruid achter het huis is verwijderd. En de muren zijn…
Wacht! De keukenmuur heb ik nog niet bijgewerkt! Dat wil ik toch nog wel even doen. Het voelt wat overmoedig, zo laat op de avond, maar kom op: het is maar één plek, dat doe ik nog even snel! Ik pak de verf en een kwast en smeer het vlekje in. Dit keer voel ik alles behalve enthousiasme. Nee, ik voel enorm veel zenuwen opkomen. Want ligt het aan het kunstlicht, of is het doordat de verf nog nat is, dat het kleurverschil zo groot lijkt? Terwijl ik eigenlijk wel weet wat er aan de hand is, smeer ik obsessief door. Misschien als ik een groter vlak neem en de verf een beetje verdun met water en daarna gewoon snel ga slapen…
Het is ’s ochtends kwart over 6. Als ik met Juda beneden kom, zie ik het meteen. Dit had niets met kunstlicht te maken. En ook niet met het opdrogen van de verf. Ik heb gisteren de verf van de hal op de muur in de keuken gesmeerd. Een groot donkergroen-blauw vlak ontsiert de lichtblauw-groene muur. Vol afgrijzen zie ik het onder ogen. En samen met Timon twijfel ik wat ik nu moet doen. Over minder dan 3 uur staat de fotograaf op de stoep. Zal ik als een gek de rest van de keuken gaan verven? Met alle risico’s van dien? Of moet ik het laten voor wat het is?
Gelukkig heeft Timon de gouden ingeving. Als ik zo zeker wist dat ik de verf van de keuken nog had, is er dan niet nóg een pot verf? Hij loopt naar de berging en komt binnen een paar tellen terug met de juiste pot. Ik kan wel janken van opluchting. Ik zet Juda in zijn kinderstoel, pak de verf en de kwast en met een zucht van verlichting tover ik de muur weer egaal lichtblauw-groen. Check!
Terwijl ik de verfpot dicht doe en de kwast schoonmaak, schiet het me opeens te binnen. Ik heb dus blijkbaar óók de verf van de muur in de hal nog! Dat betekent dat ik óók die lelijke vette vingers en dat beschadigingetje bij de trap nog kan wegwerken. Ik kijk op mijn horloge. Zal ik nog even snel die andere pot erbij pakken? Of… ben ik dan écht te overmoedig?
Benieuwd naar het resultaat van al mijn zwoegen? Check het hier en vertel me wat ik nog meer had moeten doen… 🙂
Helemaal niks hadden jullie nog moeten doen. Het ziet er geweldig uit! Heel erg knap, zeker als je ook nog hoogzwanger bent en 3 kinderen thuis hebt rondhuppelen die vast allemaal iets willen van die lieve mama.
Succes met de verkoop!
LikeLike