Ik verbaas me er de laatste maanden dagelijks over. Het enorme aantal dingen dat níet mag in ons huis. En de kwaliteit van Juda om al die dingen te ontdekken.
Dit is de top 5 van favoriete bezigheden van Juda:
- De vuilnisbak openen. Het maakt niet uit wat er in zit. Juda haalt het er uit. En stopt het zonder pardon in zijn mond.
- In de geopende vaatwasser kruipen. Hoe zacht ik ook doe, hij hoort het AL-TIJD als ik de vaatwasser open. En komt meteen als een malle naar de keuken toe.
- Met de luieremmer spelen. Zodra ik Juda op de bovenverdieping neerzet, kijkt hij me met ondeugende ogen aan. En gaat linea recta op de luieremmer af. Die ik snel ergens hoog weg zet. Als ik het op tijd door heb…
- De was van de lijn halen. En nee, natuurlijk niet de droge was. Maar de natte was die ik net twee tellen geleden heb opgehangen.
- Mijn telefoon openen. Eerst haalt hij mijn pinpasje en rijbewijs er uit. En dan gaat de telefoon naar zijn oor: “Hai, hai!”
Het heeft even geduurd voordat ik begreep waarom Juda deze activiteiten zo graag doet. (En als je bedenkt dat Juda nummer 3 is, kun je concluderen dat ik écht traag van begrip ben.) Die kleine vent wil natuurlijk graag het voorbeeld van zijn moeder volgen!
Hij ziet hoe ik de hele dag door de klep van de vuilnisbak open doe en er met mijn hand in verdwijn. Dat ik dat doe om dingen wég te gooien (en de altijd volle bak een beetje aan te duwen), dat snapt hij helaas nog niet. Hij wil gewoon graag op zijn moeder lijken. En begrijpt niet waarom ik steeds maar néé zeg als hij de vuile messen uit de vaatwasser pakt, de natte was naar beneden gooit en zijn neus in de stinkende luieremmer steekt.
Wat is het jammer dat het nog heel wat maanden gaat duren voordat hij écht van toegevoegde waarde gaat zijn in het huishouden. Wat is het teleurstellend, dat -als ik kijk naar Levi en Jaël- de behoefte om het voorbeeld van mama te volgen met de jaren steeds minder wordt. En wat is het confronterend om te zien dat Juda nóóit eens met een borstel in de wc gaat, of met een doek over de tafel poetst. Voorbeelden die je niet krijgt, kun je ook niet opvolgen…
Het belangrijkste deel van mijn huishouden was tot voor kort nog redelijk veilig voor mijn kleine grote imitator: de keuken. De keukenkastjes hebben een kinderbeveiliging. En de greeploze, brede lades waren te zwaar voor Juda om open te trekken. Juda moest zich maar vermaken in het kinderkeukentje.
Maar nu niet meer. De spierballen van Juda zijn gegroeid en de keukenlades komen met stip binnen op nummer 1 van favoriete-activiteiten-die-niet-mogen. Juda laat geen moment onbenut om naar de keuken te lopen, de lades te openen en de inhoud te onderzoeken. Terwijl de theezakjes en chocoladerepen in het rond vliegen, denk ik koortsachtig na over een goede tactiek. Ik moet iets verzinnen wat wél mag. En ik denk dat ik het weet.
Ik denk dat ik het Juda ga toestaan, om met de pannen-la te spelen. Als ik mijn goede anti-aanbak-pan er uit haal, kan hij hier relatief weinig kwaad aanrichten. Misschien is hij dan tevreden. En laat hij de andere lades met rust.
Maar de belangrijkste motivatie voor deze tactiek is mijn gedachte aan de verre toekomst. Ik denk aan het moment waarop topkok Juda wordt gevraagd naar het geheim van zijn succes in de keuken. En ik hoop dat hij dan zal zeggen: “Ik was al bezig met koken nog voor ik goed en wel kon lopen. Ik ben mijn moeder eeuwig dankbaar voor het grote voorbeeld dat ze daarin voor mij is geweest!”
Één reactie Voeg uw reactie toe